Accept Cookies?
Provided by OpenGlobal E-commerce

vrijdag 30 november 2012

Politietop en kwartiermakers Nat. politie maken er een puinhoop van, onrust op de werkvloer en een minister die niet ingrijpt!

Minister Opstelten van Veiligheid en Justitie laat de korpsleiding van de Nationale Politie ongestoord de vloer aanvegen met de laatste twee politie-CAO’s – en dan vooral met de afgesproken spelregels voor een zorgvuldig en sociaal personeelsbeleid tijdens de komende landelijke reorganisatie. Dat is de belangrijkste reden dat de politiebonden zich vorige week hebben teruggetrokken uit het hoogste arbeidsvoorwaardenoverleg (CGOP) binnen de sector.

‘De nieuwe politietop is op onaanvaardbare wijze aan het voorsorteren – collega’s worden alvast herplaatst, afdelingen alvast gereorganiseerd – en de minister weigert in te grijpen,’ aldus de bonden. ‘Hij staat erbij en kijkt ernaar en laat onze leden de dupe worden.’

Sociaal plan
De nieuwe korpschef en zijn Kwartiermakers laten op allerlei manieren blijken dat ze lak hebben aan bestaande afspraken op arbeidsvoorwaardengebied. Zoals bekend zijn de bonden en de minister het in 2010 eens geworden over een sociaal plan bij de komende reorganisatie – het Landelijk Sociaal Statuut. Tijdens voorlichtingsbijeenkomsten over de Nationale Politie verstrekt de nieuwe politietop het personeel onjuiste informatie over dit LSS en wordt AT-medewerkers en politiesurveillanten angst aangejaagd en aangeraden vooral tijdig zelf een andere baan buiten de politie te zoeken. De bonden hebben met de minister een uitgebreid pakket aan voorzieningen afgesproken om boventallige collega’s van werk naar werk te helpen, maar daarover wordt door de Kwartiermakers zorgvuldig gezwegen.

Nieuw functiegebouw
Ook hebben de sociale partners de afgelopen jaren gewerkt aan het vervangen van het ondoordringbare oerwoud van 12.000 functies dat sinds de vorige reorganisatie binnen de Nederlandse politie is ontstaan. Er is een landelijk functiegebouw met slechts negentig functies gemaakt, inclusief een vaste beschrijving en waardering. Dit LFNP kan in 2013 worden ingevoerd en zou volgens een afspraak tussen de bonden en de minister het uitgangspunt moeten zijn bij het bemensen van de Nationale Politie.

In de plannen van de Kwartiermakers wordt echter totaal geen rekening gehouden met het LFNP. Dat is gebaseerd op de keuze voor een nieuwe werkcultuur (‘operationeel leiderschap’), terwijl de nieuwe politietop een hiërarchische lijnorganisatie nastreeft. Leden daarvan hebben inmiddels her en der publiekelijk laten weten dat het LNFP na de start van de Nationale Politie meteen aan hun ideeën zal worden aangepast.

Aanpak PTSS
Andere onderwerpen in politie-CAO’s blijken evenmin heilig voor de Kwartiermakers. Zoals bekend hebben de minister en de bonden in juni van dit jaar afgesproken dat de preventie en behandeling van PTSS (Posttraumatische Stress-Stoornis) binnen de politie moet worden verbeterd. Daartoe wordt vanaf 1 januari 2013 een landelijke richtlijn op dat gebied van kracht, waaraan de gehele politieorganisatie zich moet houden. Over de exacte inhoud van deze richtlijn zijn de bonden en de minister op dit moment nog in overleg. Toen een van de Kwartiermakers lucht kreeg van voorstellen hem niet bevielen, aarzelde hij niet die eigenmachtig te verwijderen uit de door de bonden en de minister te bespreken tekst.

Twee werelden
‘Het is onbegrijpelijk en onacceptabel dat minister Opstelten de nieuwe korpsleiding naar hartenlust de kachel laat aanmaken met CAO-afspraken die voor het personeel van cruciaal belang zijn,’ aldus de bonden. ‘Wat de aanpak van de Nationale Politie betreft lijken de minister en de bonden in twee verschillende werelden te leven. In de ene wereld is men geobsedeerd door de komst van de nieuwe organisatie – die moet en zal doorgaan. In de andere wereld staan de belangen van de werknemers en van de samenleving centraal.’

Niet vooruit te branden
De laconieke houding van de minister tegenover de eigengereidheid van de Kwartiermakers is voor de bonden de druppel die de emmer heeft doen overlopen. Al geruime tijd zit er namelijk opvallend weinig schot in het arbeidsvoorwaardenoverleg binnen de politiesector en dat wijten de bonden voornamelijk aan vertragingstactieken van de werkgever. Ook de bonden hebben zorgvuldigheid uiteraard hoog in het vaandel staan, maar er is toch iets mis met de overlegcultuur als het uitwerken van CAO-afspraken jarenlang kan duren.

‘Terugonderhandelen’
 Een van de meest bedenkelijke vertragingstactieken die de minister van Veiligheid en Justitie hanteert is tijdens het overleg over de uitwerking van een CAO-afspraak in feite de onderhandelingen heropenen – het zogenaamde ‘terugonderhandelen’. Tot frustratie van de bonden is die aanpak de afgelopen maanden op allerlei onderwerpen uit de laatste politie-CAO toegepast, met name op de garantieregeling van werk naar werk, op het beperken van het aantal gegarandeerd vrije zondagen en op de mogelijkheden om te worden ingeroosterd volgens je favoriete werkpatroon.

Uitvoering niet afgedwongen
Als een regeling eenmaal is afgeprocedeerd, toont de minister van Veiligheid en Justitie zich meer dan eens niet erg happig om de korpsen te houden aan de naleving daarvan. Pijnlijk voorbeeld is het promotiebeleid voor collega’s in de Gebiedsgebonden Politiezorg (GGP), zoals vastgelegd in de Loopbaancirculaire 2010. Het is echt duwen en trekken geblazen om de minister zover te krijgen dat hij de korpsen (enigszins) onder druk zet om deze doorstroom van schaal 7 naar schaal 8 te laten plaatsvinden zoals met de bonden is afgesproken.

Daar staat tegenover dat de minister wel tempo kan maken als het hem blijkbaar goed uitkomt. Zo werden de bonden onlangs onaangenaam verrast door de mededeling dat vanaf 2013 voor alle politiemedewerkers een verbod op privékilometers met dienstvoertuigen gaat gelden. Dat is tegen de gemaakte afspraak dat een dergelijke regeling onderdeel zou worden van een omvattend vervoersplan voor de politiesector. De bonden zullen de minister uiteraard aan die eerdere afspraak houden.

Onrust op de werkvloer
Volgens de politiebonden is de afgelopen maanden een onaanvaardbare onduidelijkheid ontstaan over wie binnen de politiesector de regie in handen heeft. Tot op heden toont de minister van Veiligheid en Justitie zich niet bereid om zijn gezag te laten gelden en de nieuwe politietop te houden aan eerder gemaakte afspraken met de bonden. Ook de uitgebreide en vrij kritische adviezen van de bonden over de Nationale Politie blijken niet of nauwelijks tot aanpassingen van het inrichtingsplan te hebben geleid. Deze gang van zaken heeft gezorgd voor een groeiende onrust op de werkvloer. Steeds meer collega’s hebben inmiddels het gevoel gekregen dat hun belangen wel eens knel kunnen komen te zitten tussen de ambities van de minister van Veiligheid en Justitie en de nieuwe politietop en dat de door de bonden geregelde bescherming op dat gebied niet afdoende zal blijken te zijn.

Protestsignaal
In die situatie hebben de bonden zich genoodzaakt gezien zich voorlopig terug te trekken uit het landelijk arbeidsvoorwaardenoverleg met de minister van Veiligheid en Justitie – en ook uit allerlei ondersteunende werkgroepen en adviescommissies. Een krachtig protestsignaal, want het gevolg is dat de werkgever de komende tijd geen besluiten kan nemen waarvoor de instemming van de politiebonden wettelijk verplicht is. Aangezien ook het Landelijk Sociaal Statuut nog niet afgeprocedeerd is, kan daardoor in feite het reorganisatieproces richting de Nationale Politie (het herplaatsen van personeel en dergelijke) voorlopig niet van start gaan.

Overigens heeft de actie van de bonden GEEN vertragende uitwerking op de invoering van het nieuwe Landelijk Functiegebouw Nederlandse Politie (LFNP). De onafhankelijke commissie die op dit moment bezig is bij elke oude politiefunctie de meest vergelijkbare LFNP-functie te zoeken gaat gewoon door met haar monnikenwerk.

De bonden hebben de minister deze week een lijst gestuurd met al hun bezwaren tegen de huidige gang van zaken. Ook hebben ze die met hun achterban besproken of gaan dat de komende week nog doen. Aanstaande donderdag (29 november) wordt een officiële reactie van de minister verwacht. De bonden willen dat hij de regie op arbeidsvoorwaardengebied binnen de politiesector krachtig naar zich toe trekt en overtuigende garanties geeft voor de naleving van alle eerder gemaakte afspraken met de bonden. Zo niet, dan zullen we onze leden zo spoedig mogelijk bijeenroepen voor overleg over nader te ondernemen acties om hun belangen te verdedigen.

*Update 30/11*
De politiebonden hebben naar aanleiding van het opschorten van het overleg gepraat met zowel de minister van Veiligheid en Justitie (V&J) als de korpsleiding Nationale Politie (KNP). In beide gesprekken is verkend of en zo ja onder welke voorwaarden het overleg kan worden hervat. Deze gesprekken zijn nog niet afgerond. De bonden houden vast aan hun eerdere standpunt dat het overleg alleen kan worden hervat als de werkgever rekening houdt met het belang van de werknemers, de bonden als gesprekspartner serieus neemt door zich te houden aan de gemaakte afspraken en komt met concrete toezeggingen. De vakbonden zullen de mening/reacties van hun leden hierbij betrekken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Share

Twitter Delicious Facebook Digg Stumbleupon Favorites More
Aangepast zoeken